andre van duin ik bijt op een houtje 1974 YouTube
Op een houtje bijten. Via een uitzendbureau vond ik snel een baan als interim officemanager voor vier dagen per week. Toen er in de zomer een maand lang geen werk voor me was, klopte ik opnieuw aan bij het UWV. Betalingen liepen vervolgens een aantal keer langs elkaar heen en ik moest tot twee keer toe een maand rondkomen zonder dat het UWV mij.
Bondgenoten personeel kan straks op houtje bijten RTV Noord
Op een houtje bijten Niets hebben of krijgen. Vermoedelijk bedoeld als: bij gebrek aan iets eetbaars op een houtje gaan (moeten) kluiven. Iets op de bonnefooi doen 'Bonnefooi' is een verbastering van Fra.: a la bonne foi', op goed vertrouwen (Lat.: bona fide). Op goed geluk af, in goed vertrouwen iets doen
Vroege vogels Foto Vogels op een houtje bijten
Op een houtje bijten tot morgenochtend soms?' (A.M. de Jong: Frank van Wezels roemruchte jaren & Notities van een landstormman. 1939) • De crisiscommissie heeft de zaak in onderzoek, maar deze week is het feest, roept hij door de halfopen deur van zijn privékantoor.
Op een houtje bijten... (spreekwoord in beeld) van Fotografie Jeronimo op canvas, behang en meer
En anders blijven ze weg, en kunnen wij op een houtje bijten; 25 Juli 1921 (A) p. 2 k. 2: De arbeider, die 's winters spek en worst wil hebben, en daarvoor het halve jaar een varken vetmest, kan het nu niet kroppen. Als er niet spoedig en niet veel regen komt, wordt het voor hem strakjes 'op een houtje bijten';.
Op een houtje bijten? Vogelbescherming
Op een houtje bijten "Wat dit onderzoek erg sterk maakt is het gebruik van isotopen", vertelt Van den Hoek Ostende. "Daarmee wordt aangetoond dat het uiteindelijk de veranderingen in omgeving waren die ervoor zorgden dat G. blacki als het ware op een houtje zat te bijten.
Fieggentrio Op een houtje bijten
2 spreekwoorden en uitdrukkingen bevatten `houtje` op een houtje bijten (=honger hebben); op eigen houtje doen (=iets zelfstandig (eventueel op eigen initiatief) ondernemen); 7 dialectgezegden bevatten `houtje` dat wordt dreuge eerabbels eet' n (=dat wordt op een houtje bijten) (Westerkwartiers); Het is een sleg houtje wa van legge brek (=Dat ding is niet goed / in orde) (Geldermalsens)
Op een houtje bijten 2014 La Troupe Theater
Op een houtje (kunnen) bijten. niets te eten hebben, en bij uitbr. niets krijgen (waar men wel iets verwacht had). Deze voor zichzelf sprekende uitdr. is pas in de 20ste eeuw opgetekend, maar misschien dan een variant van het veel oudere op een spijker bijten: „laetende sijn crediteuren door valsche aanwijsingen op eenen spijcker bijten" in.
Op een houtje moeten bijten de betekenis volgens Nederlandse spreekwoorden
Op een houtje bijten Niets hebben of krijgen. Vermoedelijk bedoeld als: bij gebrek aan iets eetbaars op een houtje gaan (moeten) kluiven. Op een houtje moeten bijten Niets te eten hebben. Zijn houtje bijbrengen Zijn mening ten beste geven, een duit in 't zakje doen. Van het houtje zijn
Op een houtje bijten.. Karin Michies Flickr
op een houtje bijten. heel arm zijn. een appeltje voor de dorst hebben. geld dat opzij is gelegd voor moeilijke tijden. met huid en haar opeten. helemaal opeten. roet in het eten gooien. de boel bederven. door de zure appel heenbijten. aan een vervelend maar noodzakelijk karwei beginnen.
Fieggentrio Op een houtje bijten
Bijten op een houtje De schuldsanering in Nederland tot twee cijfers achter de komma. Bijten op een houtje. Uitgever: Jeppico. Taal: Nederlands. 5,0/5 (3 reviews) Delen. Inkijkexemplaar. Vergelijk met andere artikelen. Nederlands.
Vroege vogels Foto Vogels Op een houtje bijten
Antwoorden (2) de bast van de takken van bomen en struiken afknabbelen.letterlijk ,op een houtje bijten. Volgens het Groot Uitdrukkingenwoordenboek van Van Dale (2006) staat houtje hier oorspronkelijk misschien voor een kerfstok (je) waarop schulden werden bijgehouden. Als je niet kon betalen, werd dat aangegeven door een kerf te maken op een.
Op een houtje bijten en er dan ook nog een vuurtje van moeten stoken loesje Artofit
Drie jaar in Noord-Afrika op een houtje bijten, leven als een hond. Three years in north Africa, scarcely a blade of grass, living like a dog. Soms moesten de Pampus-soldaten echt op een houtje bijten en dat had dan niets te maken met honger lijden of arm zijn.
‘Aan tafel’ op een houtje bijten Open Hof Kerk Aalsmeer
Op een houtje (kunnen) bijtenbetekenis & definitie. Op een houtje (kunnen) bijten. niets te eten hebben, en bij uitbr. niets krijgen (waar men wel iets verwacht had). Deze voor zichzelf sprekende uitdr. is pas in de 20ste eeuw opgetekend, maar misschien dan een variant van het veel oudere op een spijker bijten: „laetende sijn crediteuren door.
In dit restaurant moet je echt op een houtje bijten Omroep Gelderland
Kwade honden bijten elkaar niet. Slechte mensen helpen elkaar. Op een houtje bijten. Honger hebben. Je ergens in vastbijten. Ik zal je eens op je tanden laten bijten. Ik zal je geduld laten beoefenen. (meer spreekwoorden met tanden) Door de zure appel (heen) bijten. Het onaangename doen.
Beurspromovendi bijten op een houtje Resource online
Rond 1750 was het een armoedige tijd in Den Haag. Veel mensen moesten op een houtje bijten, en jonge meiden gingen uit wanhoop de prostitutie in. Maar.
Op een houtje bijten.......
op zèen kinne kloppen (=op een houtje bijten) op zèn sjiek bijten (=op zijn honger blijven zitten) (Sint-Niklaas) Op zijn tong bijten (=Moeite doen om niet te antwoorden) Bronnen De spreekwoorden en gezegden zijn afkomstig van Wikiquote, Wikipedia en onze gebruikers. Nederlandstalige spreekwoorden.